Gitzwarte dag
Op 17 september 2021 drong de man binnen in de woning van zijn 70-jarige onderbuurvrouw in een flat in Almelo. Om binnen te komen stak hij met een mes meerdere malen in op de voordeur. De buurvrouw werd op dat moment verzorgd door een verpleegster, ook was een familielid van de vrouw aanwezig. Eenmaal binnen stak de verdachte meerdere malen in op de onderbuurvrouw en haar familielid. Zij overleden ter plaatse.
De verpleegkundige ging naar het balkon om 112 te bellen en viel even later naar beneden. Terwijl de vrouw zwaargewond op de grond lag, schoot de verdachte op haar met een kruisboog. Met datzelfde wapen schoot de verdachte ook op een toegesnelde politieagent. Een lid van de Dienst Speciale Interventies (DSI) werd met de kruisboog bedreigd, maar kon uiteindelijk de verdachte met zijn dienstwapen uitschakelen.
Hoger beroep
In hoger beroep stond de advocaat-generaal uitgebreid stil bij de heftige gebeurtenissen die dag: “Vrijdag 17 september 2021 is voor veel mensen een gitzwarte dag. Een dag die heel veel impact heeft op het leven van de nabestaanden en de slachtoffers in deze zaak. Uit het dossier komt naar voren dat verdachte ogenschijnlijk uit het niets twee vrouwen gewelddadig van het leven heeft beroofd en geprobeerd heeft nog twee mensen van het leven te beroven. Het “waarom?” is nog steeds niet beantwoord. Verdachte laat ons zitten met veel vragen. Hij geeft aan zich veel niet meer te kunnen herinneren, maar hier kunnen duidelijke vraagtekens bij geplaatst worden.”
Voorbedachte rade
Uit onderzoek blijkt dat verdachte psychotisch was toen hij de feiten pleegde. De verdachte gebruikte in die periode ook drugs, wat mogelijk de psychotische toestand kan hebben beïnvloed. Het OM stelt dat de verdachte zowel voor als tijdens het doden van de vrouwen de gelegenheid had om na te denken over de betekenis en de gevolgen van zijn daden. Omdat het OM er van uit gaat dat de psychose het handelen met voorbedachten rade niet in de weg staat, kan wat betreft het OM twee keer moord, tweemaal poging tot moord en een bedreiging bewezen worden verklaard.
Toerekeningsvatbaar
Het OM vindt dat verdachte behandeling nodig heeft in de vorm van tbs. Maar volgens het OM was de man tijdens zijn daden, anders dan de rechtbank eerder oordeelde, niet volledig ontoerekeningsvatbaar. Het OM erkent dat er bij de man wel sprake is van een stoornis die van invloed was op de strafbare feiten, maar dit maakt niet dat de feiten niet aan de verdachte kunnen worden toegerekend. Na het bestuderen van deze zaak, het horen van diverse deskundigen en het bestuderen van andere, deels vergelijkbare zaken, vindt het OM dat verdachte hooguit verminderd toerekeningsvatbaar is. De advocaat-generaal tijdens het hoger beroep: “Dat betekent dat hij strafrechtelijk verantwoordelijk kan en moet worden gehouden voor de gruwelijke feiten en de gevolgen daarvan. Naast de tbs dient een gevangenisstraf te worden opgelegd.”