ENSCHEDE - De twee programmamakers van het Youtube programma Roddelpraat hebben zich schuldig gemaakt aan belediging en verdienen hiervoor straf. Dit betoogde de officier van justitie vandaag voor de politierechter in Zwolle. Het tweetal besteedde over de periode van een jaar in verschillende afleveringen van Roddelpraat aandacht aan de slechte relatie die de 29-jarige programmamaker sinds zijn verhuizing naar Enschede zegt te hebben met een buurman. De buurman werd in het programma in verband gebracht met nazisme, kinderporno en pedofilie.


Ook tijdens een boekpresentatie van de programmamakers in maart van dit jaar werd de buurman in verband gebracht met nazisme en werd onder andere een bewerkte foto getoond waarop hij in SS-uniform stond afgebeeld.

De programmamakers beroepen zich op de vrijheid van meningsuiting en de journalistieke of artistieke vrijheid. Maar daar is volgens de officier van justitie geen sprake van: ‘’Je mag namelijk niet alles zeggen en schrijven. De vrijheid van meningsuiting houdt op daar waar in het strafrecht een grens is getrokken. Dat is hier het geval. Het op deze wijze spreken over je buurman heeft niets te maken met het bespreken van roddels over bekende Nederlanders, de kern van hun programma. De verdachten hebben de aangever meermalen doelbewust beledigd en gekwetst en gebruiken, dan wel misbruiken, hun platform om deze uitlatingen te kunnen doen. Het is daarnaast niet grappig en het gaat de grens van satire echt voorbij. Tot slot zien de uitlatingen ook niet op zaken van algemeen belang en ze leveren geen enkele bijdrage aan het maatschappelijke debat.’’

De officier van justitie benadrukte dat de aangever zich niet kan verweren tegen de uitlatingen: ‘’Hij kan er immers pas kennis van nemen als het al de ether ingeslingerd is. Wat op internet wordt gezet, blijft er in beginsel op staan en is tot in lengte van jaren te zien. Daarnaast worden de uitzendingen gemiddeld door 300.000 tot 500.000 kijkers bekeken en hebben dus een enorm bereik. Verdachten realiseren zich mogelijk onvoldoende, of het kan ze niets schelen, dat de uitlatingen die zij via zo’n podium doen door een deel van hun publiek voor waar worden aangenomen. Bepaalde uitlatingen kunnen het risico op gewelddadige reacties richting aangever in de hand werken. Alleen daarom al moeten de verdachten hier mee stoppen.’’

De officier van justitie vond de belediging ‘van buitencategorie’ en eiste daarom een deels voorwaardelijke taakstraf in plaats van een boete. De politierechter oordeelde ook dat de programmamakers met de uitlatingen een strafbare grens hebben overschreden. Aan beide programmamakers werd een boete van 500 euro opgelegd en daarnaast moeten zij aangever een schadevergoeding van 1000 euro betalen.